Een gastvrije tuin
Een tuin vol tegels zonder enige planten of bomen trekt geen vogels. Vogels zoeken een plek om te broeden waar voedsel in de buurt is. Als een vogelmoeder ver moet vliegen voor voedsel, kiest ze een andere plek. Verschillende vogels beginnen op verschillende momenten met broeden, afhankelijk van het voedselaanbod. Zo zijn er vogels die nu al op hun eieren zitten, terwijl anderen wachten tot er meer insecten en rupsen beschikbaar zijn.
Voedsel en veiligheid
Wil je vogels zoals mezen, mussen, roodborstjes, of zelfs een specht in je tuin? Zorg dan voor genoeg eten en een veilige plek. Een rommelhoekje in je tuin met bladeren en takjes is perfect voor insecten, en dus ook voor vogels. Het bijvoeren van vogels met kruimels of meelwormen kan ook, maar let op dat je niet te veel geeft. Dit kan ongedierte aantrekken. Vergeet niet de oude resten van voedselslingers op te ruimen om schimmel te voorkomen. Water is eveneens belangrijk. Zorg voor een waterbron, zeker in de zomer en tijdens bevroren winters. Plaats je vogelhuisje niet te dicht bij een voederplek om te voorkomen dat de vogel te veel bezig is met het beschermen van zijn gebied in plaats van het verzorgen van zijn gezin.
Bescherming tegen roofdieren
Pas op voor katten en roofvogels die het gemunt hebben op jonge vogeltjes. Door kippengaas rond je vogelhuisje of klimop te plaatsen, bied je bescherming. Zorg ook dat het huisje in de buurt van dichte struiken of hagen hangt, zodat de vogels veilig kunnen nestelen.
Welke vogels kun je verwachten?
De grootste kans maak je op het aantrekken van koolmezen of pimpelmezen. Maar ook andere vogels zoals mussen en roodborstjes kunnen jouw nestkastjes kiezen om te broeden. Grotere vogels hebben andere voorkeuren en broeden minder snel in een stadstuin. Het plaatsen van meerdere vogelhuisjes met verschillende groottes kan helpen om meer vogels aan te trekken. Maar wees je bewust van je buren; vogels kennen geen tuinscheidingen en kunnen ook in de buurt nestelen als daar betere omstandigheden zijn.
Jouw rol als gastheer
Hang je nestkastjes op een goede hoogte en houd een geschikte afstand tussen verschillende kastjes om territoriumconflicten te voorkomen. Als je merkt dat vogels niet komen broeden in je nestkast, probeer dan de locatie te veranderen en blijf positief. Misschien gebruikt een vogel je nestkastje al als rustplek en besluit op een dag om er te gaan broeden.
Door deze tips te volgen, vergroot je de kans dat jouw tuin deze lente het toneel wordt van een prachtig vogelfamiliedrama. Heb jij een vogelhuisje hangen? Laat het ons weten door te reageren en vergeet ook niet om het artikel te delen op Facebook!
Bron: NU